Bach schreef niet graag brieven en als hij ze schreef waren ze
vaak niet te lezen. De brieven vertelden in het algemeen niet veel
over zijn persoon en zijn leven, behalve
die ene brief
aan een
jeugdvriend: Georg Erdman.
Hij beschrijft er een stuk van zijn leven
in ... Zijn levensverhaal uit de eerste hand dus!
ca
1520 |
Hans Bach, stamvader van de
Bachfamilie, in Wechmar bij Gotha geboren
|
1685 |
Johann Sebastiaan Bach wordt op 21
maart in Eisenach geboren. Uit een
bekend
en oud geslacht van musici. Als zesde kind van Johann Ambrosius
Bach en Elisabeth Lämmerhirt. Johann Sebastiaans vader is in
Eisenach stads- en hofmusicus.
|
tuin met Bachhaus Eisenach
|
1694 |
Zijn moeder overlijdt.
|
1695 |
Zijn Vader overlijdt.
Bach gaat met
zijn broertje Johan Jacob inwonen bij zijn oudste broer Johann
Christoph in Ohrdruf. Hij gaat daar naar het orthodox
lutheraans gymnasium en krijgt zijn eerste klavecimbel- orgel-
en muzieklessen.
|
1700 |
Bach wordt leerling en koorlid op
de Michaëlschool in Lüneburg. Als hij de baard ik de keel
krijgt wordt hij violist, organist en cembalist van
kerkdiensten en schoolfeesten. Later wordt hij nog dirigent van het
schoolkoor.
Hij maakt een reis naar Hamburg en bezoekt wellicht daar de
opera. In Celle komt hij in aanraking met Franse en Italiaanse
muziek gespeeld door een franse hofkapel.
Misschien zijn in Lüneburg de eerste composities voor orgel
en klavecimbel ontstaan.
|
[
terug
] [
naar boven ]
|
1703 |
Bach is een paar maanden violist in
de hofkapel van Johan Ernst van Weimar, broer van de rege-rend
vorst. In juli wordt hij cantor-organist in Arnstad, waar hij
de volgende jaren regelmatig conflicten heeft met het
kerkbestuur. Oa. vindt men zijn koraalbegeleiding wat al te
creatief. |
1704 |
Op pasen klinkt zijn eerste
cantate "Denn du wirst meine Seele nicht in der Hölle
lassen" (BWV15)
|
1705 |
Hij maakt een voetreis naar Buxtehude in Lübeck.
Hij heeft er intensief contact met Buxtehude die wil dat hij hem opvolgt (als hij met zijn dochter trouwt). In plaats van
de -met het kerkbestuur in Arnstad is afgesproken- vier weken
blijft hij vier maanden weg.
|
1707 |
Bach wordt aangesteld als organist
in de Blasiuskerk van Mühlhausen. Hij verzorgt de bouw van
een nieuw orgel in de kerk. Hij componeert hier zIjn eerste cantaten, trouwt met zijn achternicht Maria Barbara
en raakt bekneld in theologische twisten tussen orthodoxe
lutheranen en piëtisten.
|
|
1708 |
Bach wordt 'Kammermusikus' en
organist aan het hof van Wilhelm Ernst van Weimar, de regerend
vorst van Sachsen-Weimar. Hij heeft veel vriendschappelijk
contact met Telemann
die in Eisenach zit. Via hem interesseert
Bach zich voor de "Franse stijl" en gaat hierin
componeren. Zijn eerste kind Catharina Dorothea
wordt geboren. Hij heeft een grote toeloop van leerlingen.
|
1710 |
Wilhelm Friedemann wordt geboren.
|
1713 |
Prins Johann Ernst von
Sachsen Weimar komt uit Amsterdam terug met muziek van Vivaldi.
Bach maakt verschillende
bewerkingen voor orgel en klavecimbel
van Vivaldiconcerten. Hij gaat in "Vivaldiaanse
stijl" componeren.
|
1714 |
Bevordering tot hof-concertmeester,
violist en leidend organist.
Carl Philipp Emanuel wordt geboren.
|
Bach als Hoffkapelmeister
in Köthen (1720)
|
1717 |
Bach neemt een aanstelling aan als
hofkapelmeester in Köthen. Bij
vorst Leopold van
Anhalt-Köthen. Zijn ontslagverzoek is nogal vrijpostig zodat
vorst Wilhelm Ernst hem een maand lang in de gevangenis opsluit.
In Köthen ontstaan onder meer (wereldlijke) cantaten, veel klavecimbelwerken (waaronder de franse en engelse suites, vier
orkestsuites, de Brandenburgse concerten, diverse
soloconcerten).
Het wordt een bloeitijd voor Bach.
In het najaar wordt een soort 'tweestrijd' tussen Bach en de
Franse orgel- en klavecimbelvirtuoos Louis Marchand
georganiseerd. Als de laatste hoort tegen wie hij moet
aantreden vlucht hij daags tevoren.
|
[
terug
] [
naar boven ]
|
1719 |
Bach gaat naar Halle om Händel
in diens geboorteplaats te
ontmoeten en komt net te laat. |
1720 |
Zijn vrouw Maria Barbara overlijdt
terwijl hij met Leopold op reis is.
Bach probeert organist in de "handels- en
cultuurmetropool" Hamburg te worden. Een ander, die
vierduizend mark "smeergeld" betaalt krijgt echter
de post.
|
1721 |
Bach hertrouwt met Anna Magdalena
Wülcken, zangeres en dochter van een hoftrompettist.
Zijn werkgever vorst Leopold trouwt met een onmuzikaal mens,
aanleiding voor verkilling van de vriendschap tussen de
concertmeester en de vorst.
|
1722 |
Leipzig vraagt Bach te
solliciteren. Bach aarzelt.
|
1723 |
In maart is de eerste uitvoering
van de Johannes Passion.
In april wordt Bach in Leipzig benoemt als Thomascantor. Hij zal er 27 jaar blijven. Niet iedereen is
enthousiast: "Omdat we niet de beste man kunnen krijgen,
zullen we ons tevreden moeten stellen met een
middelmatige". (Men had eigenlijk drie andere kandidaten
op het oog en had onder meer liever zijn vriend
Telemann gehad.) Hij moet de muziek verzorgen voor oa. de
Thomas- en de Nikolaikirche.
Behalve
Thomascantor is hij Director Musicus, verantwoordelijk
voor het hele openbare muziekleven in de stad.
Zie hier voor foto's van
het hedendaagse Leipzig. |
1727 |
De tweede versie van de Johannes
Passion. Men neemt aan dat op 11 april de eerste versie van de Matthaus
is uitgevoerd. |
1728 |
Bach met het kerkbestuur
in conflict over zijn rechten als cantor. |
1729 |
In Köthen verzorgt Bach de muziek
tijdens de rouwdienst van zijn overleden oud-werkgever Leopold
van Anhalt-Köthen. Delen ervan zitten ook in de Mathaeus
Passion.
15 april wordt een aangepaste versie van de Matthaeus Passion
uitgevoerd.
Bach krijgt de leiding van het studentenensemble Collegium
Musicum.
Hij doet een tweede poging om persoonlijk met Händel in
contact te komen.
|
1730 |
Jaar vol conflicten met de
stadsraad, die Bach verwijt zijn plichten niet na te komen.
Bach reageert fel en klaagt over de primitieve omstandigheden
waaronder hij moet werken. De rector van de Thomasschool,
Gesner, bemiddelt. De verhoudingen worden hersteld.
Het Magnificat wordt omgewerkt.
|
Bach (1747),
cantor en directeur in Leipzig |
1731 |
De (verloren gegane) Marcus Passion
ontstaat.
Bach reist naar Dresden om daar een opera van Johann Hasse te
zien en concerten te geven. |
1733 |
Bach werkt aan delen van de
Hohe
Messe.
Hij maakt in dit en volgende jaren reizen naar Dresden voor
uitvoering van zijn wereldlijke cantaten. Hiermee hoopt hij
het Sachsische hof gunstig te stemmen teneinde een vorstelijke
eretitel te ontvangen (en hoopt zo serieuzer te worden
genomen in Leipzich). |
[
terug
] [
naar boven ]
|
1734 |
Zoon Carl Philipp Emanuel gaat
studeren aan de universiteit van Frankfort.
Bach voltooid het
Weihnachtsoratorium.
|
1735 |
Johann Christian (de latere
Milanese of Londense Bach) wordt geboren.
Conflicten met de nieuwe rector van de Thomasschool over de
benoeming van een koorprefect.
|
1736 |
Bach wordt (eindelijk) benoemd tot "Hof-compositeur"
van de Sachsische keurvorst en Poolse koning August III.
30 Maart wordt een nieuwe versie -nu dubbelkorig- van
de Matthaeus Passion uitgevoerd (de partituur van deze bewerking
is bewaard gebleven en wordt nu nog gebruikt).
|
1737 |
Bach schrijft enkele kleine missen
voor het hof in Dresden.
Ene J.A. Scheibe lanceert enkele aanvallen op Bach in
"Der critische Musicus".
|
1738 |
Einde van de
"prefectenstrijd" (zie 1735). Bach krijgt zijn
gelijk.
De derde versie van Johannes Passion.
Zoon Carl Philipp Emanuel treedt in dienst van de kroonprins
van Pruisen, de latere Frederik de Grote.
|
1739 |
Derde bewerking van de Matthaeus
Passion komt klaar.
|
1740 |
Carl Philipp Emanuel
wordt
hofclavecinist bij
Frederik de Grote in Berlijn.
De laatste uitvoering van de Mattaeus Passion tijdens het
leven van Bach.
|
1741 |
Bach bezoekt Carl Philipp Emanuel
aan het hof in Berlijn.
|
Bach op oudere leeftijd
|
1742 |
Bach maakt zijn laatste wereldlijke
cantate:
"de Bauernkantate".
|
1744 |
Bach componeert zijn laatste
cantate
"Du Friedefürst, Herr Jesu Christi". |
1745 |
Laatste versie van de Matthaeus
Passion. |
1747 |
Samen met zijn zoon
Wilhelm Friedemann bezoekt Bach
Carl Philipp Emanuel
in Berlijn.
Hij
maakt indruk tijdens een geïmproviseerd
concert voor
Frederik de Grote. Deze geeft Bach een thema op waaruit later
"das Musikalische Opfer" ontstaat.
|
[
terug
] [
naar boven ]
|
1749 |
Bach werkt aan die "Kunst der
Fuge". Eind mei krijgt Bach een beroerte, waarna het
gezichtsvermogen meer en meer afneemt.
|
1750 |
Na herhaalde oogoperaties door de
Engelse oogarts John Taylor werkt Bach in een verduisterde
kamer nog aan die "Kunst der Fuge". Hij is
ondertussen praktisch blind en verzwakt. Op zijn sterfbed
dicteert hij aan zijn schoonzoon nog het koraal "Wenn wir
in höchsten Nöthen sein".
Hij sterft 28 juli en wordt 31 juli begraven.
Zoon Carl Philipp Emanuel verzorgt de eerste uitgave van die
"Kunst der Fuge".
|
1760 |
Bach's tweede vrouw Anna Magdalena
overlijdt in bittere armoede.
|